Tweede spoor-traject
feiten & fabels
Wij begeleiden regelmatig Tweede Spoor-trajecten en merken wanneer werkgevers niet of nauwelijks ervaring hebben met een dergelijk traject er niet zo snel gedacht wordt aan het starten met externe begeleiding bij de inzet van een Tweede Spoor-traject. Tijd voor twee feiten & fabels:
Feit: Wanneer een werknemer gedetacheerd wordt vanuit een Tweede Spoor-traject heeft dit een financieel voordeel voor de werkgever.
VB. De werknemer heeft een contract van 40 u. binnen de organisatie en kan voor 20 u. middels de detachering ingezet worden bij een ander bedrijf. Dan kost het de werkgever niet meer de volledige 40 u. aan loon.
Fabel: Een werknemer in een Tweede Spoor-traject is sowieso het bedrijf uit.
Wanneer, tijdens het eerste jaar van de ziektewet, het niet lukt om de werknemer binnen de organisatie te laten re-integreren, mag de werknemer in het tweede jaar gedetacheerd worden. Als een dergelijk traject niet uitpakt dan is de werkgever nog steeds verplicht om de werknemer bij te staan in het re-integratietraject. Het is voor alle betrokken partijen van belang dat de werknemer in een positieve beweging zit en duurzaam uitstroomt.
Feit: Wanneer er in een Tweede Spoor-traject geen voortgang zit, volgt er een loonsanctie voor de werkgever.
Zodra er na het tweede jaar ziektewet geen nieuw passend werk voor de werknemer is gevonden en de werkgever niet kan aantonen dat er aan alle vereisten is voldaan, kan het UWV een loonsanctie opleggen. Wij zullen als re-integratie ondersteuners de re-integratie bevorderen, verslaglegging op orde houden en alle te nemen stappen, juist en tijdig handhaven. Dit ontzorgt gigantisch en houdt de kosten aanzienlijk lager dan wanneer er een sanctie volgt.
Fabel: Een werkgever draagt de grootste re-integratie inspanning.
De werkgever dient er inderdaad alles aan te doen om de medewerker intern de kansen te bieden om de re-integreren. Daarnaast draagt de werkgever de zorg om tijdig de bedrijfsarts in te schakelen, passend werk te bieden en voortgangsgesprekken met de leidinggevende te faciliteren. Maar van de medewerker wordt eveneens een re-integratie inspanning verwacht waaronder: participatie in het contact houden met de werkgever, het bezoeken van de bedrijfsarts en het uitproberen van de aangepaste werkmogelijkheden. Wanneer een werkgever en werknemer al verder in een Tweede Spoor-traject zitten, is de werknemer ook genoodzaakt om te solliciteren en participeren in het vinden van ander passend werk.
Voor ons ligt de nadruk op duurzame uitstroom. Zodra het tweede jaar van de ziektewet ingaat, zien we de spanning in de arbeidsrelatie toenemen.
De begeleiding die wij bieden tijdens een Tweede Spoor-traject ontzorgt de medewerker en de werkgever. We verlagen de druk in het contact met de arbeidsdeskundige en coachen de werknemer richting passend werk. De kosten zijn voor de werkgever in een dergelijk traject, maar omdat onze begeleiding doormaakt op duurzame inzetbaarheid of uitstroom wordt een loonsanctie zo goed als voorkomen. En dit scheelt aanzienlijk in de kosten – zo is ons begeleidingstraject altijd een effectieve investering.<
Over Tweede spoor-trajecten
Als werkgever heb je niet dagelijks te maken met een re-integratietraject en voor medewerker komt er veel op hem/haar af in een tijd waarin iemand zich al niet goed voelt.
Daarom is de wet Poortwachter in het leven geroepen. Middels stappen die in deze wet staan beschreven wordt een re-integratiedossier opgebouwd. Eén van deze stappen is een tweede spoor re-integratie traject. Het tweede spoor loopt vaak naast het eerste spoor. Ook zijn er vaak medisch specialisten, arbeidsdeskundigen, enzovoorts betrokken.
lees verder >